‘Dus jij wilt beweren dat alle metingen van Nitraat in het grondwater onjuist zijn?’ vraagt Ruud op een toon waar de ergernis vanaf druipt. ‘Nou, in Drenthe is het zo erg echt niet’, houdt Alien vol.
‘Hier word ik wel een beetje pissig van’, vervolgt hij neeschuddend en met teneergeslagen ogen.
Onenigheid op de singlegroepsreis, op de eerste avond.
Proosten op de goede afloop
We hadden nog geen tien minuten daarvoor geproost op een leuke vakantieweek. ‘Laten we nog eens proosten op een mooie skiweek’, probeert de reisleidster, lichtelijk vertwijfeld. En van binnen denkt ze: dit zou wel eens een hele lange week kunnen worden. Die reisleidster, dat ben ik. We hebben het over een reis in Oostenrijk Maart 2024.
“Je hebt gelijk Kim, op een mooie week” volgt Ruud sportief. En Alien proost gelukkig mee.
Ik begin gauw over de verminderde sneeuwcondities om het onderwerp te veranderen. Gelukkig is dat ook een onderwerp waar iedereen een visie op heeft. En een app voor heeft. We beginnen de apps te vergelijken. De eerste avond hebben we overleefd, denk ik als ik op mijn zolderkamertje in bed stap.
De lappenmand
We beginnen de eerste skidag op zondag. Na 1.5 uur moeten we al een beroep op de pistehilfe doen. Met flinke (schaaf-) wonden in het gezicht wordt mijn gast met een sneeuwscooter afgevoerd. Ik haast me naar beneden en haal de auto om met de gast toch even langs het ziekenhuis te gaan om een hersenschudding uit te sluiten.
Een tetanusprik en een paar pijnstillers. Binnen 5 minuten staan we buiten. Jan en ik zijn te verbaasd om er wat van te zeggen.
Ik breng Jan terug naar het hotel. Daar verneem ik dat Alien en Bert ook gevallen zijn in de namiddag. Bij plus 9 graden celsius is het in de middag allemaal papsneeuw en op zulke pistes kunnen ongelukken gebeuren! Ik informeer hoe de gasten, beide uit Drenthe, zich voelen. ‘Het valt wel mee’, aldus Drentse nuchterheid.
Dat blijkt de volgende morgen toch anders te zijn. Bert laat zijn schouder masseren en Alien komt met een scheurtje in de meniscus en een enorme knie-brace het hotel weer in strompelen.
Collega-gids
Jasper, die het gebied goed kent, heeft op de piste het gidsen van mij overgenomen. Hij neemt de groep op sleeptouw met skimaat Ruud en dat is een pak van mijn hart. In de groep zijn een aantal enthousiaste skiërs die liefst tot 16.00uur op de piste staan en daar weten Jasper en Ruud wel raad mee.
Ik probeer de ziekenboeg zo goed als het kan op te vangen en te begeleiden.
Dit zijn van die moeilijke situaties. Groepsbelang boven individueel belang, leer je in de reisleiders opleiding. Hier moeten keuzes gemaakt worden.
Hoe het toch een hechte groep werd
Iedereen schikt zich naar de situatie. Arnicaflor en paracetamols worden uitgewisseld. Hierbij word ik ondersteund door mantelzorgster Nicole.
Wat het allermooiste is, is dat de skiërs geïnteresseerd zijn in de ziekenboeg en andersom. Waar mogelijk doen we alles samen. Samen naar de kegelbaan, ook al kan niet iedereen meedoen door blessureleed. Samen naar de apres-ski, al kan niet iedereen op de dansvloer. Samen ontbijten, hoewel de ziekenploeg dat natuurlijk ook een uurtje later zou kunnen doen. Samen dineren en de ervaringen van de dag uitwisselen.
Zelden meegemaakt dat er zoveel verschillende gasten in een groep elkaar zo ontzettend fijn in hun waarde laten en oprechte interesse tonen.
Dat had ik die eerste avond op mijn zolderkamertje niet durven hopen..
Dit is waar gebeurd. In maart 2024 in Oostenrijk.
Wil je ook op skireis met mij? Ik organiseerde er zelf één van 14 tot 21 december 2024 en wellicht volgt er nog een skireis in 2025.