Elfstedenpad 2/3

door Kim Linse

Volgens het officiële routeboekje van Wandelnet, het Elfstedenpad, ben ik nu aangekomen in Sudwest-Fryslan. Stavoren, Hindeloopen en Workum zijn drie van de elf steden in deze regio.

Een betoverend plaatje

Vanaf Laaxum loopt de wandelroute over de Zuiderdijk rechts van het IJsselmeer. Het meer is bevroren. Er ligt sneeuw. Het ziet er betoverend uit.
Het wandelen hier is pittig. Achter de dijk, vlakbij zee, waar het uitzicht het mooist is, hebben nog weinig mensen gelopen. Af en toe zie ik afdrukken van een moonboot met hondenpootjes ernaast, maar het grootste deel van de tocht ben ik de eerste en enige wandelaar in de 40 centimeter diepe sneeuw. Het enige wat ik hoor is mijn eigen gehijg en gelach wanneer ik weer in de sneeuw wegzak.

Sneeuwhappen in Stavoren

Na 4,8 kilometer sneeuwhappen kom ik aan in Stavoren. De eerste stad van Nederland, die omstreeks 1061 stadsrechten kreeg. Dat betekende toen recht op een markt, een eigen munt en een eigen rechtstaat. Anno 2021 telt Stavoren 960 inwoners. De enige bezienswaardigheid is het beeld van het ‘Vrouwtje van Stavoren’, die bij een brug aan de haven staat te turen over het water. De legende vertelt dat deze rijke weduwe door haar hebberigheid uiteindelijk haar vermogen verloor.

Schaatsmuseum in Hindeloopen

De elfstedenschaatsers volgen hier de Dijkvaart, maar als de omstandigheden hen hiertoe dwingen kunnen zij ook buitenom over het IJsselmeer naar Hindeloopen schaatsen. De wandelroute gaat verder over de dijk en zo ben ik na nog geen tien kilometer in Hindeloopen. Het moment om het Eerste Friese Schaatsmuseum te bezoeken. Tenminste, als het open is.

Hindeloopen is alweer zo’n klein stadje, slechts 850 inwoners. Veel meer dan in Stavoren is hier het karakter van de stad bewaard gebleven. Prachtig die gevels van de oude kapiteinswoningen in de binnenstad! En wat ik echt het allermooiste vind is het leugenbankje, een plekje waar de nieuwtjes worden gedeeld. Op het moment van passeren zitten er negen oudere mannen te roddelen, ik bedoel: lokale politiek te bespreken.

Kerkenpad in Workum

Door naar Workum. Ik wandel langs de Oude Oostervaart, de levensader van Workum, de verbinding met het IJsselmeer. Hier wordt de strontrace gehouden. Vrachtschepen geladen met gedroogde koemest strijden hier in het najaar om de eer. Vroeger organiseerden kroegbazen in de zomer, wanneer er weinig vracht was, wedstrijden tussen schippers. Dit is uitgegroeid tot het nu bekende skûtsjesilen.

Workum is bekend door Jopie Huisman. De bekendste inwoner van de stad was handelaar in oud ijzer en vodden, maar maakte naam als schilder van realistische stillevens. Schuin tegenover zijn museum gaat het Elfstedenpad verder over de Tillefonne, een eeuwenoud kerkenpad van acht kleine bruggetjes tussen de dijk van de voormalige Zuiderzee en de stad Workum. Voor het eerst werd dit pad genoemd in 1560. De naam Tillefonne is een Friese samenvoeging van tille, klein bruggetje, en fonne, een perceel land voor het weiden van kalveren.

Modderhapppen in Bolsward

Ik verlaat Sudwest-Friesland en kom in deelgebied Westergo. Ook hier liggen drie van de elf steden: Bolsward, Harlingen en Franeker. Westergo is een gebied van jonge zeekleigronden vooral gebruikt voor akkerbouw. De sneeuw is bijna verdwenen en het gebied is sompig en blubberig. Vies en zwaar. Het is ongeveer vijftien kilometer naar Bolsward.

‘Ik vertrek te voet om 13.00 uur vanuit Workum naar u toe.’ Ik bel met het Heeremahuis. ‘O, dan ben je er tussen 17.00 en 17.15 uur, ik maak een bed voor je op’, zegt Peter.
Om 17.10 uur stap ik de B&B in. ‘Daar is de wandelvrouw, welkom!’ zegt Peter. Ik krijg direct de sleutel en een korte beschrijving waar ik kan eten, hoe de honesty bar werkt en dat ik om 09.00 uur wordt verwacht aan het ontbijt. Daarna wijst Peter naar de bel waarmee ik hem kan oproepen als ik iets nodig heb en hij is verdwenen.

Een korte en krachtige incheck, precies wat je wilt na vier uur modderhappen. En direct naar je kamer en door onder een warme douche. Op mijn kamer zie ik dat één bed met oudroze beddengoed opgemaakt is. Erop liggen twee roze handdoeken, een chocolaatje en het tijdschrift de Libelle. Voor de wandelvrouw.

De wandelvrouw in het Heeremahuis

Ga je ontbijten in het Heeremahuis, gebouwd in 1500 als adellijke woning, dan zit je in de tweede huiskamer van de 77 jaar oude Peter. Aan de muur hangen foto’s van zijn (overleden) vrouw, zijn kinderen en het café van zijn vader. En in het midden van alle foto’s een oorkonde met 3 (!) kruisjes. Peter heeft de Elfstedentocht geschaatst, gewandeld en gefietst. En nu doet hij niets liever dan voor zijn gasten zorgen. En dat doet hij met een ongekende, ouderwetse gastvrijheid.

Na Bolsward volgt een mooi deel van de route. Dwars door de natuur. Gebruikmakend van het recht van overpad van diverse boerenbedrijven, wandel ik over smalle betonweggetjes en passeer ik door klaphekken. Voor het eerst van mijn leven hoor ik over de Pingjumer Gulden Halsband, een ringdijk rond het dorp Pingjum. Sinds 1892 is deze functie overgenomen door de zeedijken. Hier en daar herken ik nog delen van de ring in het later fraai gevormde landschap.

Harlinger Haven

Uiteindelijk kom ik over de waddenzeedijk aan in Harlingen. Dit is een echte havenstad. Industrie en visserij. Hier kan de overtocht naar Vlieland en Terschelling gemaakt worden. Het Elfstedenpad doorkruist de stad op weg naar Franeker.

Buitengewoon hoogleraar te Franeker

De laatste stad van Westergo; Franeker. Na Leiden was Franeker in 1585 de tweede stad in de noordelijke Nederlanden die een universiteit kreeg in de gebouwen van een voormalig klooster. Hier studeerde ook Eise Eisinga. Deze buitengewoon hoogleraar bouwde een planetarium in zijn woonkamer. Tot op de dag van vandaag loopt het hier te bewonderen uurwerk gelijk.

Ik bezoek er ook het korendragershuisje, in 1634 gebouwd aan de vaart, toen graan nog via het water vervoerd werd. Het was het opslaggebouwtje voor meet- en weegmaterialen van de korendragers. Nu is het een klein museum, elke dag geopend en gratis te bezoeken.

Na Franeker volgt de Kleasterdijk, langs de vaart naar Berlikum. Bewijs ontbreekt, maar men zegt dat Berlikum ooit stadsrechten heeft gehad en dus de twaalfde Friese stad zou zijn. Maar daar staat niets over in het boek van Wandelnet.

Heb je het eerste deel van het Elfstedenpad gemist? Lees dan snel deze blog Elfstedenpad deel 1

You may also like

Laat een bericht achter

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Deze website maakt gebruik van cookies om je ervaring te verbeteren. Indereiskoffer gaat ervan uit dat je hiermee akkoord gaat, maar je kan je afmelden als je dat wilt. Accepteren Lees meer