“Goedemorgen allemaal! Welkom in Bilbao. We stappen hier op de fiets, in de Calle Juan Ajuriaguerra Kalea. Deze straat ligt perfect tussen het bruisende centrum en de nieuwe culturele wijk.” Aldus Tim, onze Nederlandse fietsgids. Hij woonde hier 2 jaar tijdens zijn studie en in de zomermaanden is dit nog altijd zijn bijbaan.


Het icoon van de stad – Guggenheim Museum
Na nog geen 2 minuten fietsen rijden we er recht op af: “Het Guggenheim Museum. Ontworpen door Frank Gehry en geopend in 1997. Voor die tijd was Bilbao nog een grauwe industriestad, maar dit gebouw – met zijn titanium platen en golvende vormen – zette de stad in één klap op de wereldkaart. Loop er gerust even omheen: vanaf elke hoek lijkt het een ander gebouw. En natuurlijk staat Puppy, de bloemenhond van Jeff Koons, op wacht bij de ingang. Hij weegt 15 ton, maar ruikt stukken beter dan je denkt.”


La Carola – de rode kraan
“We volgen nu het fietspad langs de rivier, de Nervión. Aan de kade doemt ‘La Carola’ op, een felrode hijskraan die ooit in de scheepswerven van Euskalduna stond. Ze is vernoemd naar een beroemde schoonheid uit de wijk, die naar verluidt de harten van de scheepsarbeiders sneller deed kloppen. Tegenwoordig is de kraan een monument van het industriële verleden van Bilbao.”


La Catedral – het voetbalhart van Bilbao
“Kijk daar, net achter de gebouwen, zie je een witte hoek uitsteken?, vraagt Tim enthousiast. “Dat is San Mamés, het stadion van Athletic Club Bilbao. De locals noemen het niet voor niets ‘La Catedral’ ; de kathedraal. Hier is voetbal geen hobby, maar een levenswijze. Athletic speelt alleen met spelers die geboren zijn of opgeleid zijn in Baskenland. Het is een traditie die diepe trots oproept. Op wedstrijddagen is de stad rood-wit gekleurd en lijkt het centrum uitgestorven, behalve rondom het stadion, waar je het gezang tot ver in de stad kunt horen.”
Nog een blik op het Guggenheim
“We draaien terug richting het Guggenheim en pakken een ander uitzichtpunt mee. Vanaf hier lijkt het gebouw op een schip dat in de rivier drijft ; een subtiele verwijzing naar de scheepsbouwgeschiedenis van Bilbao. Alles in deze stad heeft een verhaal.” Tim zet zijn worden kracht bij met een trotse blik op het kunstwerk.
Parque de Doña Casilda
“Tijd voor wat groen: het Parque de Doña Casilda, aangelegd in 1907”, Tim slaat rechts af. Fonteinen, vijvers en wandelpaden maken dit de favoriete plek van Bilbaínos die even aan de drukte willen ontsnappen. Dona Casilda was getrouwd met de oprichter van de Banco de Bilbao. Na zijn dood nam Dona Casilda het beheer van zijn vermogen over. Ze bouwde mee aan de Tivolischolen en verzorgde beurzen voor leerlingen van openbare scholen. Ook investeerde ze veel in theater. Haar doel was gratis onderwijs en ontspanning voor de kinderen van de arbeidersklasse. Dit park, een vleugel van het ziekenhuis en de straat waar zij woonde, zijn naar haar vernoemd.
In het park ligt ook het Musesum van Bellas Artes, museum voor schone kunsten van Bilbao.
Het historische weeshuis
“We fietsen verder en passeren het huis van Cuna de San Antonio, een voormalige opvang voor kinderen, aldus het internet”, zegt Tim. ‘Oudere inwoners van Bilbao vertelden mij wat zich hier werkelijk afspeelde in de tijd van dictator Franco. Kinderen, vooral baby’s, van tegenstanders van Franco’s regime, werden afgepakt en hier ondergebracht. De kinderen kregen de naam Bilbao en zagen hun ouders vaak nooit meer terug. De zorg was minimaal.”


Casco Viejo – het oude centrum
“We duiken nu het oude centrum in: de Casco Viejo. Smalle straatjes vol kleurrijke balkons, winkeltjes en barretjes. Toen de stad in de 13de eeuw werd gesticht bestond deze in eerste instantie uit zeven straatjes. Hier staat ook de Santiagokathedraal, inderdaad op de pelgrimstocht van de camino. We komen uit op Plaza Nueva, het grote plein omringd door arcades. Dit is de huiskamer van Bilbao: gezinnen drinken hier koffie, studenten eten pintxos, en oude mannen bespreken de wereld onder het genot van een glas wijn.”
Txakoli – het vloeibare slotakkoord
“En over wijn gesproken… we sluiten af met een slokje Txakoli, een typische Baskische wijn. Fris, licht mousserend, en altijd van bovenaf in je glas geschonken zodat het gaat bruisen. Proost – of zoals ze hier zeggen: Topa!“
Ik boekte deze fietstocht met Tim via get your guide bij Bilke.